De winstmarges van goudmijnen staan onder druk door de combinatie van een lagere goudprijs en almaar stijgende productiekosten. Dat verklaart waarom goudmijnaandelen de laatste maanden relatief gezien slechter presteerden dan het edelmetaal zelf. De belangrijkste redenen daarvoor zijn de gestegen brandstofkosten, energieprijzen en loonkosten. Ook heeft de goudmijnsector door hoge winstmarges van afgelopen kwartalen de productie van minder rendabele mijnen opgeschroefd, wat de gemiddelde kostprijs verder deed stijgen.
Het Amerikaanse Newmont Mining, het grootste goudmijnbedrijf ter wereld, rapporteerde deze week een winstdaling van 41% in het tweede kwartaal als gevolg van hogere productiekosten. De All-In Sustaining Costs (AISC), een graadmeter voor de totale productiekosten inclusief investeringen in nieuwe productie, was met 16% gestegen tot $1.199 per troy ounce. Uit de kwartaalcijfers blijkt dat deze stijging vooral het gevolg is van hogere energieprijzen en personeelskosten.
Ook andere mijnbouwbedrijven die al cijfers van het tweede kwartaal naar buiten hebben gebracht zagen een stijging van de productiekosten. Bij het Australische Perseus Mining steeg de AISC met ruim tien procent naar $1.004 per troy ounce, terwijl het eveneens Australische Evolution Mining de gemiddelde productiekosten zelfs met dertig procent zag stijgen tot $1.290 per troy ounce. Andere grote spelers in de goudmijnsector, zoals Barrick Gold, Polyus Gold en Anglogold Ashanti, komen in augustus pas met kwartaalcijfers. Deze cijfers zullen meer inzicht verschaffen in de omvang van deze trend.
De winning van goud is niet alleen een zeer kapitaalintensief proces, ook kost het veel energie om edelmetaal uit de grond te halen. Volgens de World Gold Council is de gemiddelde ertsgraad van een goudmijn momenteel 1,35 gram per ton, wat betekent dat mijnen grote hoeveelheden aarde en gesteente moeten verwerken. Door gestegen brandstofkosten en stroomprijzen is de goudwinning dus een stuk duurder geworden. Onderstaande grafiek van de World Gold Council laat de ontwikkeling van de gemiddelde productiekosten van goudmijnen sinds 2012 zien.
Productiekosten goudmijnen naar recordhoogte in eerste kwartaal 2022 (Bron: World Gold Council)
In het derde kwartaal van 2020 stegen de winstmarges van goudmijnen naar een all-time high van $938 per troy ounce. Daardoor werden meer reserves economisch rendabel om te winnen. De goudprijs stond toen op recordhoogte en gaf mijnen de ruimte om relatief dure reserves aan te boren. Deze trend hield aan tot begin dit jaar, omdat de goudprijs door de Russische inval in Oekraïne opnieuw naar $2.000 per troy ounce steeg. Sindsdien is de goudprijs in dollars echter meer dan 15 procent gedaald tot ongeveer $1.700 per troy ounce. En dat drukt de winstmarge omlaag.
Aan het einde van het eerste kwartaal waren de winstmarges met $646 per troy ounce ongeveer 31% lager dan het recordniveau van 2020. Vanuit historisch perspectief is dat nog steeds relatief hoog. Ter vergelijking, tussen 2012 en 2019 haalden goudmijnen een gemiddelde winstmarge van $338 op iedere troy ounce gemijnd goud. Onderstaande grafiek laat de goudprijs per kwartaal zien, afgezet tegen de gemiddelde productiekosten van alle mijnen (blauw) en van het tiende deciel van mijnen met de hoogste productiekosten (rood). Deze grafiek laat goed zien hoe de goudmijnsector haar productiecapaciteit voortdurend aanpast aan de goudprijs.
Hoe de winstmarge van goudmijnen zich verder zal ontwikkelen in de tweede helft van dit jaar is moeilijk te voorspellen. Dat is niet alleen afhankelijk van de goudprijs, maar ook van de energieprijzen. De verwachting is dat de energieprijzen de rest van dit jaar hoog zullen blijven, maar dat de sterke dollar tegelijkertijd een positief effect heeft op de mijnbouwsector. Mijnen verkopen hun goud meestal in dollars, terwijl de productiekosten grotendeels in de lokale munt betaald moeten worden. Het aansterken van de dollar is dus een kleine meevaller voor de sector.
Goudmijnen passen hun productiecapaciteit aan op de goudprijs (Bron: Metals Focus Gold Mine Cost Service, Bloomberg, via World Gold Council)
Eerder hebben we al verschillende artikelen geschreven over beleggen in fysiek goud versus beleggen in goudmijnaandelen. Dit zijn namelijk twee totaal verschillende beleggingscategorieën, elk met een eigen risicoprofiel. Resultaten van de laatste jaren bevestigen dat aandelen van goudmijnen veel volatieler zijn dan het edelmetaal zelf, mede als gevolg van grote fluctuaties in de winstmarges van mijnen. Hoge energieprijzen en loonkosten blijken zeer nadelig voor de goudmijnsector, terwijl de goudprijs daar veel minder gevoelig voor is.
Onderstaande grafiek laat zien dat de goudprijs sinds het begin van dit jaar bijna 5% gedaald is, terwijl de Philadelphia Gold and Silver Index van dertig grote goud- en zilvermijnen (XAU) dit jaar 24% gedaald is. En dat is een grote verandering met een paar maanden geleden, toen de goudprijs hoger stond en mijnaandelen er beter voor stonden. Beleggen in mijnaandelen is dus risicovoller dan een belegging in het edelmetaal zelf.
Of daar ook een hoger rendement tegenover staat? Dat ligt er maar net aan over welke periode u ernaar kijkt. Nemen we begin 2016 als instapmoment, dan hebben goudmijnen per saldo meer rendement opgeleverd. Nemen we begin 2000 als beginpunt, dan blijkt fysiek goud de betere belegging. Niet alleen leverde het edelmetaal een hoger rendement op, ook was deze belegging minder volatiel dan een mandje met goudmijnaandelen. Voor spaarders die met weinig risico willen nemen met hun vermogen is fysiek goud kopen dus de betere optie.
Resultaat van mijnaandelen versus fysiek goud en zilver (Bron: Longtermtrends)
Kijk ook eens een keer op ons YouTube kanaal
Namens Holland Gold interviewen Paul Buitink en Joris Beemsterboer verschillende economen en experts op macro-economisch gebied. Het doel van de podcast is om de kijker een beter beeld en houvast te bieden in een steeds sneller veranderend macro-economisch en monetair landschap. Klik hier om te abonneren.