Auteur: Jan Nieuwenhuijs
Over het algemeen wordt de goudprijs in Amerikaanse dollars bepaald door lange termijn inflatieverwachtingen en de rentetarieven in de Verenigde Staten. De prijs van goud in een andere valuta is afhankelijk van de wisselkoers tussen die valuta en de dollar.
Nadat we in een eerdere serie artikelen hebben we besproken hoe de internationale goudmarkt in elkaar zit, zullen we in deze serie onderzoeken welke economische variabelen invloed hebben op vraag en aanbod van goud, en dus de goudprijs. Om uw kostbare tijd te besparen zal ik in dit artikel beginnen met een samenvatting en de historische achtergrond. In de volgende delen zullen we de details behandelen.
Naar mijn mening is het belangrijk om het huidige model te begrijpen, al was het maar om de levensduur ervan in twijfel te trekken.
Sinds 2006 is de prijs van goud in Amerikaanse dollars gecorreleerd aan de reële rentetarieven, afgeleid van de 10-jarige Treasury Inflation Protected Security (TIPS), zoals u kunt zien in de onderstaande grafiek. Deze correlatie noem ik het huidige model.
Goudprijs versus TIPS-rente
Let op, in de grafiek hierboven is de as van de TIPS-rente omgekeerd, want als de TIPS-rente daalt, stijgt de goudprijs en vice versa*. De beredenering is dat wanneer de reële rente op staatsobligaties daalt, het aantrekkelijker wordt om goud te bezitten, omdat goud de enige internationale reserve is zonder tegenpartijrisico. Als de reële rente stijgt, wordt het minder aantrekkelijk om goud te bezitten, omdat goud niet rendeert (als het niet wordt uitgeleend).
De 10-jaars TIPS-obligatie is een Amerikaanse staatsobligatie die de eigenaar compenseert voor inflatie van consumptieprijzen (CPI). Als de TIPS-rente bijvoorbeeld 2% is en de jaarlijkse inflatie 3%, dan ontvangt de eigenaar van de obligatie 5% rente (2% + 3%). Omdat er een correctie wordt toegevoegd wanneer de rente en de hoofdsom worden betaald, zet de markt de TIPS-rente lager dan de rente op reguliere Amerikaanse staatsobligaties (nominale Treasuries). De markt zal TIPS-obligaties blijven kopen, waardoor haar rente daalt, net zolang totdat de markt onverschillig is tussen het aanhouden van TIPS-obligaties of nominale Treasuries, gebaseerd op verwachtingen over de gemiddelde inflatie de komende 10 jaar.
TIPS-rente versus 10-jaars Treasury rente
Het verschil tussen de 10-jaars TIPS-rente en de 10-jaars nominale Treasury-rente is dus wat de markt verwacht dat de gemiddelde inflatie in de komende tien jaar zal zijn. Deze marktgebaseerde inflatieverwachting wordt ook wel de break-even rente genoemd.
Samengevat:
TIPS-rente = Treasury-rente – break-even rente
In andere woorden:
Verwachte reële rente = Treasury-rente – inflatieverwachtingen
Waaraan ik nog kan toevoegen dat na 2008 de 10-jaars break-even rente nauwer gecorreleerd is geraakt met de olieprijs. Energie is het levensbloed van de economie, en als de energieprijzen stijgen, vertaalt zich dit in hogere prijzen van consumptiegoederen, zo zouden we kunnen beredeneren.
10-jaars breakeven rente en olieprijs
Voor degene die een interactieve grafiek met daarin goudprijs en de 10-jaars TIPS-rente willen raadplegen kunnen hier klikken. Klik hier voor een interactieve grafiek met daarin de 10-jaars break-even rente, de 10-jaars TIPS-rente en 10-jaars nominale Treasury-rente.
Een historisch perspectief op goud als waarde opslag
Goud is al duizenden jaren een verzekering tegen inflatie. Hoewel goud geen perfecte constante is, want zoiets bestaat niet in de economie.
Mensen in het Verre Oosten hebben nog steeds de gewoonte hun vrienden en familie goud te geven bij de geboorte van een kind of een huwelijk. Deze oude traditie zorgt ervoor dat lokale gemeenschappen alle monetaire regimes overleven door goud te gebruiken als waarde opslag en onderling te verdelen bij voortplanting. Ze hadden al vroeg geleerd dat geld dat door de overheid wordt uitgegeven uiteindelijk zijn koopkracht verliest. Om een spaarpot van de ene generatie op de andere door te geven is een waarde opslag nodig die niet kan worden bijgedrukt en onveranderlijk is: goud.
In ontwikkelde economieën hebben mensen hun affiniteit met goud enigszins verloren, omdat de financiële revolutie eerder begon in het Westen, waardoor hogere rendementen op vermogen konden worden behaald. Waarbij gezegd moet worden dat westerse centrale banken hebben vastgehouden aan hun enorme goudreserves. Ironisch genoeg zijn ze zich volledig bewust van hun tekortkomingen en houden ze goud aan als ultieme reserve.
In onderstaande grafiek ziet u de waardevermindering van drie fiatvaluta ten opzichte van goud, zonder dat daarbij rentetarieven zijn berekend. Veel mensen hebben per slot van rekening geen of weinig spaargeld dat een rente genereert.
Waardedaling van fiatgeld versus goud
Tijdens de laatste versie van de goudstandaard (Bretton Woods) was de Amerikaanse dollar gekoppeld aan goud tegen een prijs van $35 dollar per troy ounce. Alle andere belangrijke valuta waren vervolgens gekoppeld aan de dollar. Technisch gezien eindigde Bretton Woods in 1968 toen de Amerikanen besloten de goudprijs in de vrije markt te ontkoppelen van de dollar, nadat ze te veel dollars hadden bijgedrukt en de goudkoppeling onhoudbaar was geworden. Vanaf dat moment begon de goudprijs te stijgen. Eens te meer was het duidelijk dat geen enkele door de overheid uitgegeven valuta kan concurreren met goud.
Opmerkelijk is dat in de jaren ’70 de goudprijs vaak steeg voordat consumentenprijzen stegen. Als de markt verwachtte dat de inflatie zou stijgen, zochten beleggers hun toevlucht in goud en schoot de prijs omhoog. De goudprijs werd dus een weergave van inflatieverwachtingen. Als de goudprijs steeg, volgden de consumentenprijzen binnen twee jaar.
Verandering consumentenprijzen en goudprijs
Het hoofd van de Amerikaanse centrale bank, Alan Greenspan, zei in 1994:
"Ik denk dat wat de prijs van goud weerspiegelt, een beeld is van de wens om harde activa aan te houden ten opzichte van valuta... [De goudprijs] is een maatstaf die een redelijk consistente voorsprong op de inflatieverwachtingen heeft laten zien, en door de jaren heen een redelijk goede indicator is geweest van, onder andere, wat de inflatieverwachtingen doen."
Greenspan baseerde zijn rentebeleid zelfs gedeeltelijk op de goudprijs.
Het verband tussen inflatieverwachtingen en de goudprijs is nog steeds relevant, zoals we zagen in de inleiding over TIPS-obligaties.
Na de jaren ’70—met torenhoge inflatie en diepe negatieve reële rentetarieven—werden beleggers in de jaren ‘80 uit goud gelokt door hoge positieve reële rentetarieven. Omdat er voor 1997 geen TIPS-obligaties waren, kon de reële rente alleen worden berekend als de nominale rente minus de meest recente inflatiecijfers. Academici noemen dit de ex-post reële rente, terwijl ze de TIPS-rente de ex-ante reële rente noemen.
In de onderstaande grafiek ziet u de 10-jaars (ex-post) reële rente, berekend als de 10-jaars nominale Treasury-rente minus inflatie in de Verenigde Staten van 1968 tot en met 2021. De rente-as is weer omgekeerd.
Ontwikkeling reële rente en goudprijs sinds 1968
Het moge duidelijk zijn dat de reële rente erg belangrijk is voor de goudprijs. In de jaren ‘70 schoot de goudprijs omhoog toen de reële rente tot twee keer toe naar -5% daalde. Zou dat weer kunnen gebeuren als de huidige inflatie niet tijdelijk blijkt te zijn en de reële rente voor langere tijd in diep negatief territorium blijft?
Op zoek naar antwoorden gaan we in deel 2 gaan we onder andere dieper in op de werking van TIPS-obligaties.
*Voetnoot: In dit artikel heb ik alleen de correlatie aangegeven, het artikel bevat geen bewijs om causaliteit aan te tonen.
Dit artikel verscheen eerder op The Gold Observer