De afgelopen decennia heeft de wereldwijde goudmarkt grote veranderingen ondergaan. Werd goud in de jaren '90 nog vooral gekocht in de vorm van sieraden, sinds de financiële crisis van 2008 is beleggingsgoud juist steeds belangrijker geworden. Ook hebben centrale banken een draai gemaakt, van goud verkopen naar goud kopen. De World Gold Council behandelt in een nieuw rapport de belangrijkste trends. Wat schrijven ze over de goudmarkt?
Dertig jaar geleden bestond de goudmarkt nog vooral uit sieraden en was het aandeel beleggingsgoud marginaal. Daar kwam verandering in met de introductie van goud-ETF's vanaf 2003 en de financiële crisis van 2008. Vooral dat laatste ontketende wereldwijd een vlucht naar fysiek goud. In de Westerse wereld werd het edelmetaal vanaf dat moment erg populair. Onderstaande grafiek laat zien hoe de samenstelling van de goudmarkt afgelopen dertig jaar in hoofdlijnen veranderde.
Compositie van de goudmarkt verandert, zwaartepunt verschuift naar beleggingsgoud (Bron: World Gold Council)
In 1992 waren China en India samen goed voor ongeveer 20% van de wereldwijde vraag naar goud, vandaag de dag is dat bijna 50%. Door snelle groei van de bevolking en toenemende welvaart is de vraag naar goud in deze twee landen sterk toegenomen. In de cultuur van beide landen ziet men het edelmetaal als een vorm van spaargeld. Door de economische groei van de afgelopen decennia hielden mensen meer geld over en konden ze dus meer goud kopen. De gehele Aziatische markt was in 1992 goed voor bijna 45% van de totale vraag, nu is dat al bijna 60%.
Vooral in China heeft de goudmarkt grote veranderingen ondergaan, want daar was het een groot deel van de vorige eeuw voor particulieren niet eens mogelijk goud te kopen. Pas in de jaren '90 werden deze restricties opgeheven en sinds 2002 is goud daar makkelijker te verhandelen met de oprichting van de Shanghai Gold Exchange (SGE). Sindsdien is de vraag naar gouden sieraden, munten en baren in China vervijfvoudigd. Sinds 2013 is het land zelfs de grootste afzetmarkt voor fysiek goud ter wereld.
China en India zijn alleen maar belangrijker geworden voor de goudmarkt (Bron: World Gold Council)
Zoals gezegd was de markt voor beleggingsgoud in de jaren '90 nog relatief klein. De goudprijs zat in een dalende trend, terwijl andere beleggingen als aandelen en vastgoed veel rendement opleverden. Er was voor particulieren dus weinig reden om gouden munten of goudbaren te kopen. Dat veranderde door een aantal belangrijke gebeurtenissen. Zo werd goud in 1999 in de hele eurozone vrijgesteld van btw, waardoor goud kopen voor een groot deel van de Europese markt veel aantrekkelijker werd. En die markt explodeerde na de financiële crisis van 2008, zoals onderstaande grafiek laat zien.
Vanaf dat moment was het edelmetaal in met name Duitsland en Zwitserland niet aan te slepen. Niet geheel toevallig de twee landen waar veel spaartegoeden geparkeerd staan. Vermogende particulieren begonnen zich zorgen te maken over de stabiliteit van het financiële systeem kochten goud. De vraag naar het edelmetaal zakte in de jaren na de Europese schuldencrisis wel wat terug, maar kreeg weer een impuls door de coronapandemie. Lockdows, nieuwe fiscale en monetaire steunmaatregelen en negatieve rente gaven opnieuw een stimulans aan de goudmarkt, vooral in Europa. In 2022 werd zelfs 20% van alle goudbaren en gouden munten in Europa verkocht.
Steeds meer vraag naar munten en baren sinds financiële crisis (Bron: World Gold Council)
Een andere trendverschuiving zagen we bij centrale banken. Waren centrale banken in de jaren '90 nog verkopers van goud, na de financiële crisis begonnen ze weer te kopen. De verkopers waren vooral Westerse centrale banken met relatief grote goudvoorraden, de kopers vanaf 2009 vooral opkomende economieën met weinig goudreserves. Enkele duizenden tonnen goud gingen in de afgelopen dertig jaar van het Westen naar diverse opkomende economieën.
Centrale banken kopen weer goud sinds kredietcrisis (Bron: World Gold Council)
Ook de goudmijnsector is de afgelopen dertig jaar veranderd. Niet alleen wordt er nu veel meer goud uit de grond gehaald (van 2.270 ton in 1992 naar 3.612 ton in 2022), ook komt het uit steeds meer verschillende landen. In de jaren '90 kwam het meeste goud uit Zuid-Afrika en Noord-Amerika, maar door de bouw van nieuwe mijnen is de productie elders in de wereld ook verder tot ontwikkeling gekomen. Vooral in Azië en Zuid-Amerika komt nu veel meer goud uit de grond dan dertig jaar geleden. Deze geografische spreiding zorgt voor meer stabiliteit in het aanbod.
Goudmijnproductie is meer gespreid over de wereld (Bron: World Gold Council)
In de jaren '90 was het rendement op goud niet om over naar huis te schrijven. De koers zat in een dalende trend die pas na de eeuwwisseling weer omkeerde. Maar daarna ging de prijs ook hard omhoog. De afgelopen dertig jaar was de gemiddelde stijging per jaar alsnog bijna 6%. Dat is minder dan aandelen, maar meer dan het gemiddelde rendement op obligaties. Ook presteerde het edelmetaal beter dan een mandje van grondstoffen. Sinds 1971 is de goudprijs zelfs met gemiddeld bijna 8% per jaar gestegen. Dat bevestigt dat het edelmetaal op lange termijn haar koopkracht weet te behouden.
Goud heeft de afgelopen dertig jaar een goed rendement behaald (Bron: World Gold Council)