Nederland verliet in de nacht van zaterdag 26 op zondag 27 september 1936 de goudstandaard. De regering stelde een uitvoerverbod in voor goud en voelde zich daarom genoodzaakt de koppeling van de gulden aan het goud los te laten. Nederland heeft lang volgehouden aan de goudstandaard, terwijl verschillende andere Europese landen die al jaren eerder hadden losgelaten. Volgens sommige economen heeft de Nederlandse economie erg geleden onder het vasthouden van de goudkoppeling, omdat onze munt daardoor relatief duur was en onze exportpositie ongunstig.
De aanzet voor de ontkoppeling van de gulden aan goud werd gegeven door Frankrijk, dat op vrijdag 25 september besloot de munt te devalueren. Frankrijk was één van de belangrijkste steunpilaren van het blok van landen dat nog vasthield aan de goudstandaard, maar door de devaluatie was de situatie onhoudbaar geworden. Een dag later had ook Zwitserland de koppeling van de munt aan goud losgelaten.
Het gouden tientje staat symbool voor het tijdperk van de goudstandaard. Deze muntstukken werden tot en met 1933 geslagen en zijn tot op de dag van vandaag nog steeds zeer gewild om de intrinsieke waarde van iets meer dan 6 gram goud.
Het gouden tientje is een overblijfsel van de goudstandaard