Een goudmijn haalt vandaag de dag gemiddeld een paar gram zuiver goud uit een ton gouderts. Dat betekent dat er voor een gouden ring of een gouden beleggingsmunt al snel duizenden kilo’s aan gesteente verwerkt moet worden. Dat gebeurt met grote machines die veel diesel nodig hebben. Delen we de totale goudproductie van de vijf grootste goudmijnen ter wereld door de totale brandstofconsumptie, dan komen we uit op een verbruik van ongeveer 90 liter diesel per troy ounce goud in 2012 en 2013. Volgens S&P Global (2019) stoten goudmijnen zo’n 0,8 ton aan Co2 uit voor elke gewonnen ounce aan goud.
Daarnaast gebruiken mijnen voor de goudwinning veel water, cyanide en kwik om het goud uit het gesteente te halen. Het afvalwater spoelt richting rivieren en neemt daarbij grote hoeveelheden zand en puin mee. Ook kunnen er door het gebruik van kwik giftige dampen in de lucht komen. Grote open pit goudmijnen verstoren daarnaast ook het landschap en het ecosysteem. Wanneer een mijn na afloop niet zorgvuldig aan de natuur wordt teruggegeven is er ook kans op erosie en verdere ontbossing. Het is daarom ook niet vreemd dat er steeds strenger wordt gecontroleerd op de herkomst van het goud en dat mijnen in verschillende landen onderworpen worden aan strenge regelgeving ten aanzien van het milieu.